Koepel Gepensioneerden krijgt z’n zin: onderzoek naar koopkracht nieuwe pensioenen
Dé grote belofte van de nieuwe Pensioenwet was dat pensioenen koopkrachtiger zouden worden. Met andere woorden: dat er een eind komt aan het jarenlang niet of nauwelijks verhoogd worden van pensioenen terwijl de prijzen in de winkel wel stijgen. Dat in de loop der jaren steeds verder achter gaan lopen bij de inflatie is de voornaamste reden dat gepensioneerden in alle koopkrachtplaatjes al jarenlang onderaan bungelen.
Omdat uit de meeste van de inmiddels door werkgevers en vakbonden bij pensioenfondsen ingediende ‘transitieplannen’ niet blijkt dat die belofte wordt ingelost, heeft de Koepel Gepensioneerden (samen met haar partners in de Seniorencoalitie) de Tweede Kamer onlangs verzocht aan te dringen op een onderzoek daarnaar. In een brief die minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Eddie van Hijum vorige week naar de Kamer stuurde, gaf de minister echter aan daar weinig voor te voelen: er zou al genoeg onderzoek zijn verricht. Wel meldde de minister ‘de vinger aan de pols
te houden’ als ook dat hij als dat noodzakelijk mocht zijn bereid was tot eventuele aanpassingen.
In het pensioendebat dat afgelopen donderdag plaatsvond, ging Van Hijum alsnog door de bocht. Na stevig aandringen van zijn partijgenote Agnes Joseph zegde hij alsnog een onderzoek toe met als doel te kijken hoe ‘beter op koopkracht kan worden gestuurd’. Koepelvoorzitter John Kerstens is daar blij mee: ‘Het is goed dat Agnes Joseph, die ik na de eerdere brief van de minister nog sprak, heeft doorgezet. Dít is het moment om te kijken of in de nu van de band rollende transitie- en (door pensioenfondsen te maken) implementatieplannen voldoende aandacht is voor het koopkrachtiger worden van pensioenen. Want laten we wel wezen: vooral om die reden moest er een nieuwe wet komen. Als de minister dan ook z’n in zijn brief gedane toezegging nakomt dat-ie openstaat voor eventuele verbeteringen, dan zetten we toch weer een stap naar betere pensioenen. En betere pensioenen zijn pensioenen die maximaal meegroeien met de inflatie. Want het is mooi als je met je eerste pensioen je karretje kunt volladen bij de Albert Heijn, maar als je na verloop van tijd niet veel verder komt dan een halfvol mandje bij de Lidl gaat er iets niet goed.’
Eerder al zorgde de lobby van de Koepel Gepensioneerden ervoor dat pensioenen in de aanloop naar de nieuwe wet eerder konden worden verhoogd. Dat leidde in 2022 en 2023 voor heel veel gepensioneerden eindelijk weer eens tot serieuze verhogingen van hun pensioenen (naast een extra verhoging van de AOW).
In een binnenkort plaatsvindend vervolg op het debat krijgen woordvoerders de kans moties in te dienen waarmee ze (als zo’n motie de steun krijgt van de meerderheid in de Kamer) de minister ‘opdrachten kunnen geven’. Kerstens verwacht dat daarbij ook aandacht wordt besteed aan de positie van verenigingen van gepensioneerden: ‘Hoewel, zo blijkt ook uit door het ministerie zelf uitgezet onderzoek, het hoorrecht vaak door sociale partners niet goed is ingevuld, smaakt het wel naar meer. Vandaar dat we als Koepel eerder aangedrongen hebben op het ook in het vervolg blijven betrekken van onze verenigingen. Door pensioenfondsen en sociale partners. In z’n recente brief aan de Kamer reageert de minister daar niet negatief op. Wellicht kunnen we met een motie nog een extra duwtje geven, zodat gepensioneerden via hun verenigingen ook in de toekomst kunnen meepraten over hun pensioen.’
In het pensioendebat dat afgelopen donderdag plaatsvond, ging Van Hijum alsnog door de bocht. Na stevig aandringen van zijn partijgenote Agnes Joseph zegde hij alsnog een onderzoek toe met als doel te kijken hoe ‘beter op koopkracht kan worden gestuurd’. Koepelvoorzitter John Kerstens is daar blij mee: ‘Het is goed dat Agnes Joseph, die ik na de eerdere brief van de minister nog sprak, heeft doorgezet. Dít is het moment om te kijken of in de nu van de band rollende transitie- en (door pensioenfondsen te maken) implementatieplannen voldoende aandacht is voor het koopkrachtiger worden van pensioenen. Want laten we wel wezen: vooral om die reden moest er een nieuwe wet komen. Als de minister dan ook z’n in zijn brief gedane toezegging nakomt dat-ie openstaat voor eventuele verbeteringen, dan zetten we toch weer een stap naar betere pensioenen. En betere pensioenen zijn pensioenen die maximaal meegroeien met de inflatie. Want het is mooi als je met je eerste pensioen je karretje kunt volladen bij de Albert Heijn, maar als je na verloop van tijd niet veel verder komt dan een halfvol mandje bij de Lidl gaat er iets niet goed.’
Eerder al zorgde de lobby van de Koepel Gepensioneerden ervoor dat pensioenen in de aanloop naar de nieuwe wet eerder konden worden verhoogd. Dat leidde in 2022 en 2023 voor heel veel gepensioneerden eindelijk weer eens tot serieuze verhogingen van hun pensioenen (naast een extra verhoging van de AOW).
In een binnenkort plaatsvindend vervolg op het debat krijgen woordvoerders de kans moties in te dienen waarmee ze (als zo’n motie de steun krijgt van de meerderheid in de Kamer) de minister ‘opdrachten kunnen geven’. Kerstens verwacht dat daarbij ook aandacht wordt besteed aan de positie van verenigingen van gepensioneerden: ‘Hoewel, zo blijkt ook uit door het ministerie zelf uitgezet onderzoek, het hoorrecht vaak door sociale partners niet goed is ingevuld, smaakt het wel naar meer. Vandaar dat we als Koepel eerder aangedrongen hebben op het ook in het vervolg blijven betrekken van onze verenigingen. Door pensioenfondsen en sociale partners. In z’n recente brief aan de Kamer reageert de minister daar niet negatief op. Wellicht kunnen we met een motie nog een extra duwtje geven, zodat gepensioneerden via hun verenigingen ook in de toekomst kunnen meepraten over hun pensioen.’