Nieuwsbrief april 2025
DE NBP FRACTIE IN HET VERANTWOORDINGSORGAAN VAN HET ABP MAAKT ZICH STERK VOOR EEN KOOPKRACHTIG PENSIOEN.
De Nederlandse Bond voor Pensioenbelangen heeft in samenwerking met Senioren Brabant-Zeeland en KBO Noord-Holland een stevige fractie in het verantwoordingsorgaan van ABP.
Peter Pex, José Matheijs en Peter Terporten werken hard in het Verantwoordingsorgaan om uw belangen zo goed mogelijk te verdedigen.
In onderstaand stuk vertelt de fractie voorzitter Peter Pex wat er speelt en waaraan door hen gewerkt wordt.
3 april 2025.
In mijn artikel in Pensioenbelangen beschreef ik het probleem van de NBP fractie om vanuit een minderheidspositie te pogen om wijzigingen aan te brengen in het door het ABP bestuur vervaardigde implementatieplan dat de basis is voor het bestuursbesluit tot aanvaarding van het transitieplan van de sociale partners en straks voor het invaarbesluit dat de overgang regelt van het oude naar het nieuwe stelsel. Deze bestuursbesluiten moeten aan het VO worden voorgelegd ter advisering.
De wet eist van VO leden dat zij vooral kijken of die besluiten een evenwichtige opbouw en uitkering van de pensioenen van de deelnemers waarborgen.
Het beoordelen van evenwichtigheid is extra moeilijk, omdat de wet geen definitie geeft en evenwichtigheid dus een open norm blijft die door een ieder vanuit eigen visie kan worden ingevuld. Wettelijke regels en uitvoeringsmaatregelen van DNB bemoeilijken het adviseren van maatregelen die eventuele gesignaleerde onevenwichtigheden zouden kunnen verminderen.
Evenwichtigheid is niet synoniem voor wiskundige gelijkheid. Het gevaar bestaat dat bij het beoordelen van wat evenwichtig is het belangrijkste uitgangspunt voor een pensioenfonds, nl. de solidariteit uit het oog wordt verloren. Solidariteit is iemand anders iets gunnen, dat je zelf niet krijgt en op zichzelf zou je zo’n situatie onevenwichtig kunnen noemen. Wordt echter solidariteit als basisnorm voor een pensioenfonds aan de kant gezet dan is een pensioenfonds niets anders meer dat een financieel instituut, maar dan een waar je verplicht aan mee moet doen, zonder zelf inspraak te hebben in het tot stand komen van de resultaten van je deelname.
De komende maanden moeten de plannen gereed gemaakt worden ter goedkeuring van de toezichthouders. Een ingewikkeld proces dat veel tijd vraagt. Is er binnen die planning nog ruimte voor het doen van voorstellen tot verbeteringen? Het standpunt van de NBP fractie is dat die ruimte zo nodig gemaakt en gebruikt moet worden voor het voeren van een open dialoog. Als vertegenwoordiger van gepensioneerden heeft onze fractie daar extra behoefte aan nu het hoorrecht is mislukt en zelfs de minister zegt dat het nu aan het VO is om zaken eventueel bij te stellen.
Vele door de fractie gestelde vragen zijn onbeantwoord gebleven. De fractie heeft nu zijn wensen nog eens vastgelegd in een discussiestuk aan de hand waarvan de verwachte dialoog gevoerd kan gaan worden. De belangrijkste punten, in bovengenoemd artikel onze piketpalen genoemd, wil ik hier nog eens herhalen: sturing op koopkracht, een pensioen zonder koopkrachthandhaving is immers geen pensioen; verzekeren van een rendement dat in normale omstandigheden dat koopkrachtig pensioen kan realiseren; meer compensatie voor gemiste indexatie en geen spreiding van overschotten over tien jaar, maar in 1 jaar afrekenen ter voorkoming van leeftijdsdiscriminatie.
Waar voor de aanvaarding van onze voorstellen wijzigingen nodig zijn van wetgeving en uitvoeringsmaatregelen is onze hoop gevestigd op de besluitvorming in het parlement ten tijde van de monitoring van de uitvoering van de Wtp. Benadrukt moet worden, dat er nog diverse zaken gewijzigd moeten worden door de politiek, wil het duidelijk kunnen worden dat het nieuwe stelsel een verbetering kan zijn t.o.v. het huidige stelsel.
Van belang is dat de geleding gepensioneerden van het VO van het ABP het eens kan worden. De geleding heeft namelijk van de wet een versterkt advies recht gekregen, dat het bestuur en de pensioenkamer verplicht gemotiveerd antwoord te geven op afgewezen voorstellen van de geleding.
Tenslotte nog een waarschuwing. De pensioenen van diegenen die thans al ingevaren zijn laten een stijging zien. Dat leidt wellicht tot tevredenheid Het is echter duidelijk dat bij de verdeling van de buffers in eerste aanleg een stijging van het pensioen voor de hand ligt. Dit is echter een sigaar uit eigen doos. Belangrijker is dat in de jaren na het invaren de koopkracht van het pensioen gehandhaafd kan blijven. De huur en de boodschappen worden duurder, dus het pensioen moet ook omhoog!
Peter Pex, voorzitter NBP fractie VO ABP